Interview met Illya Soffer over het jaar 2021. Het interview is de inleiding voor het jaarverslag Ieder(in) 2021: Het tweede coronajaar.
Illya Soffer

In tegenstelling tot wat we in de loop van 2020 hoopten, is aan het begin van 2021 de coronacrisis nog in volle gang. Daarnaast zijn er in 2021 landelijke verkiezingen en start een langdurige formatie van een nieuw kabinet. Beide zaken hebben in 2021 invloed op de werkzaamheden, de slagkracht en successen van Ieder(in).

Directeur Illya Soffer: “Aan het begin van het tweede coronajaar is overduidelijk dat wij op alle fronten weer vol aan de bak moeten en gefocust moeten blijven op COVID-19. Na één jaar corona blijkt de bereidheid tot onderlinge solidariteit in de maatschappij langzaamaan te verdwijnen. Het is enorm frustrerend te onderkennen dat de last en verantwoordelijkheid van het ‘behoren tot een risicogroep’ steeds weer bij de mensen zelf wordt gelegd. De overheid roept aanhoudend risicogroepen te willen beschermen, maar doet dat uiteindelijk niet.”

Hoger dan ooit op de publieke en media-agenda

We zitten aan tal van COVID-overlegtafels, maar helaas niet daar waar uiteindelijk de echte besluiten worden genomen. Daardoor lopen we steeds achter de feiten aan. Dit geeft Soffer een heel dubbel gevoel: “We zijn gedurende de hele coronacrisis ontzettend zichtbaar, als sector en als organisatie. In heel veel media kunnen we ons verhaal kwijt. Er is écht veel aandacht voor onze achterban en onze boodschap. We staan wat dat betreft hoger dan ooit op de publieke en media-agenda. Maar desondanks lukt het niet diezelfde positie ook op de politieke agenda te krijgen.” Afwegingen die de politiek maakt, blijken keer op keer ten nadele van een groot deel van onze achterban te zijn. Dat is ook het geval als rond de zomer versoepelingen worden doorgevoerd.

“Dat we ons verhaal, het verhaal van mensen met een kwetsbare gezondheid, overal blijven vertellen, maar dat dat onvoldoende concrete verbeteringen oplevert, maakt soms moedeloos”, zegt Soffer. “Natuurlijk vraag je jezelf dan af wat we anders hadden kunnen doen. Maar ik trek uiteindelijk de conclusie dat het ons niet te verwijten valt. Als je alles probeert, alles uit de kast haalt, maar uiteindelijk niet mag meebeslissen, dan moet je concluderen dat je er geen invloed op hebt. Hoe pijnlijk en teleurstellend ook.”

Wat in de loop van het voorjaar wel begint te werken, is de meer activistische benadering van netwerken en ervaringsdeskundigen die zich in het verlengde van onze lobby flink beginnen te roeren. Waar het kan, bundelen we de krachten en uiteindelijk werpt die optelsom van formele lobby en ongekende activiteit van ervaringsdeskundigen op social media langzaam vruchten af.

Winstpuntje uit de coronacrisis: veel contact en korte lijnen

In de afgelopen twee corona-jaren hebben we ons als Ieder(in) noodgedwongen een nieuwe manier van werken eigen gemaakt. In een tijd zonder fysieke bijeenkomsten en dus met afstand tot elkaar, lukt het ons om online toch heel veel contact te hebben met onze achterban, stakeholders en alle overige partijen waarmee we samenwerken. Het is mooi te zien dat dit ons nu veel beter af gaat dan voor corona.

Soffer: “Dat is toch echt een winstpuntje uit deze crisis. Ook de vaste overleggen met het ministerie van VWS dat maandenlang meermaals per week plaatsvindt, heb ik als heel positief ervaren. Ook al lukte het lang niet altijd om daarmee voldoende impact te hebben.” Hetzelfde geldt voor het contact met andere ministeries. Soffer: “Er zijn overal hele korte overleglijnen ontstaan. Daardoor kunnen we snel schakelen en weten we elkaar goed te vinden.”

Politiek op een laag pitje

2021 is ook het jaar van een scheidende en nieuwe Tweede Kamer. Dat dit gebeurt tijdens een voortgaande coronacrisis en gepaard gaat met een langdurige formatie van een nieuw kabinet, heeft tot gevolg dat we een groot deel van het jaar feitelijk zonder regulier kabinet zitten. Debatten worden uitgesteld, overleggen gaan niet door, zaken worden controversieel verklaard en daarmee doorgeschoven naar het nieuwe kabinet. Debatten die wel doorgaan gaan bijna allemaal over corona en niet over de kwaliteit van zorg en ondersteuning, passende arbeid, inkomen, stapeling van zorgkosten of over de vastlopende woningmarkt. Al die onderwerpen liggen grotendeels stil omdat het kabinet demissionair is.

Dit heeft grote gevolgen voor de mensen uit onze achterban, zegt Soffer: “Zij moeten steeds weer achter in de rij aansluiten. Het gevoel van uitsluiting en gebrek aan prioriteit worden hiermee vooral bevestigd. Het perspectief op verandering ontbreekt. Dat maakt het nog eens extra zwaar.”

Een ander effect van het afwezig zijn van een werkend kabinet raakt onze financiering. Soffer: “Net als veel andere organisaties in het sociale veld, is een groot deel van onze activiteiten afhankelijk van begrotingen, projecten en programma’s die gekoppeld zijn aan overheidsbeleid. Nu alles een jaar stil heeft gelegen kan het twee jaar extra duren voordat we daarmee verder kunnen. En ook het nieuwe PG-subsidiekader is door alle aandacht voor COVID-19 en de moeizame coalitievorming niet in 2021 behandeld en kan dus niet ingaan per 2023.”

Een blik vooruit

Soffer hoopt dat een nieuw subsidiekader met een ruimere financiering en een gerichtere opgave vanuit het VN-verdrag Handicap, in 2022 door de Kamer komt en per 2024 in kan gaan. De koers voor de komende jaren heeft Soffer goed in beeld: “Ik zie kansen om de komende jaren verder te bouwen aan een toekomst waarin het VN-verdrag Handicap in het overheidsbeleid meer bepalend wordt. Wat daarbij wel zou helpen is als het ministerie van VWS met meer daadkracht haar coördinerende rol pakt richting de andere departementen. Als Ieder(in) zijn we simpelweg te klein om invloed te hebben op alle 14 bewindspersonen en 350 gemeenten. Dat is voor een organisatie als de onze echt onmogelijk.”

Daarnaast wil Soffer de komende jaren meer aandacht voor het ‘sociaal model voor mensen met een beperking of chronische ziekte’, en vooral voor de betekenis daarvan. Het moet voor iedereen duidelijk worden dat voor veel mensen uit onze achterban niet de beperking zelf het probleem is, maar juist de dingen daar omheen. Soffer verduidelijkt: “Niet je ziekte of je beperking is ‘de handicap’; de drempels in de samenleving maken je ‘gehandicapt’. Voor het wegnemen van deze drempels is een overheidsvisie gebaseerd op het sociaal model van heel groot belang.”

Al voor de coronacrisis zette Ieder(in) samen met de achterban stappen om toekomstbestendig te blijven. Soffer: “We willen ook de komende jaren onze mensen, het netwerk, onze kennis en schaarse middelen optimaal kunnen blijven inzetten voor een inclusievere samenleving. We willen nog flexibeler kunnen inspelen op wat er om ons heen gebeurt. Grote prioriteit daarbij blijft de intensieve samenwerking met onze leden, onze netwerkpartners en stakeholders. Want samen zijn we Ieder(in). En alleen samen lukt het om de positie van mensen met een beperking of chronische ziekte structureel te verbeteren. Hoe we dat in het tweede coronajaar 2021 hebben gedaan en wat we daarbij hebben bereikt, leest u in ons jaarverslag 2021.”

Deel dit bericht

Meer nieuws over