Samengevat komen de antwoorden op het volgende neer:
- Iedere Nederlander boven de 18 jaar mag stemmen.
- In het stembureau wordt niet gekeken of iemand zijn wil kan bepalen.
- Hulp in het stemhokje is alleen toegestaan voor mensen met een fysieke beperking. Aan mensen met een verstandelijke beperking kan er buiten het stemhokje uitleg worden gegeven over het gebruik van het stembiljet.ÔÇß
- Bewoners van een instelling (de cliënt) ontvangen op het adres van de instelling de stempas. De instelling moet deze aan de cliënt overhandigen.
- Als iemand niet zelf kan stemmen, overlegt de instelling met zijn vertegenwoordiger wat er met de stempas gebeurt.ÔÇß
- De cliënt mag iemand anders voor zich laten stemmen. Bij voorkeur de vertegenwoordiger of iemand uit zijn naaste kring.
- Hulp bij het vervoer naar het stembureau is de verantwoordelijkheid van de cliënt of zijn vertegenwoordiger. Kan de cliënt dat niet of is hij daartoe niet bereid, dan kan de instelling daarvoor zorgen. Over eventuele kosten daarvan wordt vooraf overlegd.