Toen in 2016 het VN-verdrag werd ondertekend volgde Laura Bliek, nu 24 jaar, dit nieuws vanuit de media. Zijzelf zette toen haar eerste eigen stappen in de ‘gewone’ samenleving. Na jaren speciaal onderwijs ging Laura rechten studeren aan een reguliere HBO. Bij de havo hadden ze er een hard hoofd in en ook van de HBO kwam de waarschuwing: ‘Wij zijn geen zorginstelling’. Maar na de eerste hobbels ging het eigenlijk boven verwachting goed.
Einde aan discriminatie?
De ondertekening van het VN-verdrag was voor haar een hoopvol moment. Tijdens een vakantie in Engeland merkte ze hoe ze met haar rolstoel wel gewoon gebruik kon maken van het openbaar vervoer. Dat zou in Nederland toch ook moeten kunnen? Maar misschien nog wel meer hoopte Laura dat het VN-verdrag ervoor kon zorgen dat er meer aandacht kwam voor discriminatie. De samenleving moet inzien dat mensen met een beperking, net als mensen met een andere kleur of een andere seksuele voorkeur, stelselmatig worden uitgesloten. Te vaak hoorde Laura dat een museum of theater vond dat ze niet toegankelijk hoeven te zijn omdat mensen met een beperking toch niet komen. Of las ze op social media, na een discussie over de dure medicijnen die Laura nodig heeft, dat mensen met een beperking alleen maar geld kosten.
Symboolpolitiek
Nu, vijf jaar later ziet Laura dat er meer aandacht is voor mensen met een beperking. De samenleving als geheel wordt opener. Dat er iets gedaan of aangepast moet worden voor mensen met een beperking wordt vaker gezien. Maar het blijft te vaak hangen bij individuele gevallen. Zoals de HBO die rekening houdt met de student die blind is, maar er nog niet voor zorgt dat het onderwijs als geheel toegankelijk is. Politiek gezien is er meer aandacht, maar er is nog niets fundamenteel veranderd. Het blijft hangen in symbolen: De minister voor gehandicaptenzaken was geen echte minister. De meeste mensen met een beperking kunnen prima voor zichzelf zorgen, als de samenleving toegankelijk is. Maar de politiek maakt zich vooral druk over voorzieningen omdat ze ervan uitgaan dat ze moeten zorgen voor een ‘zielige groep’. Het feit dat er geen enkele haast wordt gemaakt met het ondertekenen van het facultatieve protocol laat zien dat de Nederlandse politiek het VN-verdrag niet echt serieus neemt.
Iedereen heeft dromen en wensen
Over nog eens vijf jaar hoopt Laura dat de samenleving doorheeft dat mensen met een beperking net als iedereen, mensen zijn met dromen en wensen. Dat mensen met een beperking niet gezien worden als zielig of dat ze veel geld kosten. Laura realiseert zich dat veel discriminatie voortkomt uit onwetendheid. En dat moet veranderen. Alleen dan voorkom je dat #dorhout trending kan worden. Een échte minister van gehandicaptenzaken zou helpen. Want nu heeft de politiek nog steeds te weinig kennis, wordt er nog teveel over ons in plaats van met ons gesproken.
Laura zelf is over vijf jaar gevierd mensenrechtenadvocaat. Zodat ze dagelijks bezig kan zijn met haar belangrijkste wens: aandacht voor de rechten van minderheden, waaronder mensen met een beperking.
Beeld Laura Bliek: © Ben Eekhof
Lees hier de andere zes portretten.
Oproep: zet je eigen verhaal op social media met #VNverdrag en #5JaarLater
Heb jij een eigen verhaal over 5 jaar VN-verdrag? Wat vond jij 5 jaar geleden, wat vind jij dat inmiddels verbeterd is of juist niet en wat vind jij dat er de komende 5 jaar echt moet gebeuren? Laat het weten door je eigen ‘portret’ te delen op social media. Gebruik daarbij dan de #VNverdrag en #5JaarLater.