De WGBH/CZ was al van toepassing op praktijkonderwijs, beroepsonderwijs en hoger onderwijs. Daar komen vanaf 1 augustus primair onderwijs en voortgezet onderwijs bij. Dat heeft in de praktijk al direct effect. Vanaf het volgende schooljaar hoeven ouders geen eigen bijdrage meer te betalen voor aangepast lesmateriaal voor hun kind(eren) met een beperking. Vanaf nu betalen de scholen voor basis- en voortgezet onderwijs het aangepaste lesmateriaal zelf, net zo als het reguliere lesmateriaal. De wet stelt dat vanaf 1 augustus 2009 ongelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte in het primair en voortgezet onderwijs verboden is.
Het verbod geldt voor:
- de toegang tot het onderwijs;
- het aanbieden van het onderwijs;
- het afnemen van toetsen;
- het afsluiten van onderwijs
Ook wordt hiermee geregeld dat de school verplicht is om aanpassingen te realiseren als een leerling die nodig heeft. De wet zegt dat die aanpassing dan wel doeltreffend moet zijn en niet onevenredig belastend voor de school.
De uitbreiding van de wet betekent niet automatisch dat ieder kind op de school van zijn of haar keuze moet worden toegelaten. Het bestuur van de school kan geschiktheidseisen aan leerlingen stellen.
Hoe de wet in de praktijk uitpakt, zal de komende tijd moeten blijken. Door oordelen van de Commissie Gelijke Behandeling (CGB) en uitspraken van de rechter zal duidelijk worden wanneer iets beschouwd kan worden als een doeltreffende aanpassing en wanneer een aanpassing een onevenredige belasting is voor een school.